Verbinden: door de bril van…
Geschreven door Marjolein Linders
Verbinden. Dat is nou echt zo’n begrip dat je een willekeurige organisatie in kan slingeren en waar niemand echt op tegen kan zijn. Verbinden is gewoon heel positief, maar zonder context betekent het niet zo veel. Mijn manager zou het verwoorden als plassen in een donker pak: je ziet er niks van, maar je krijgt er wel een warm gevoel bij.
Toch heb ik het vermoeden dat verbinden de komende tijd voor mij centraal staat. Want hoe kan ik iets voor iemand anders betekenen, als ik niet weet wie de ander is? Voor mij is deze vraag relevant, omdat ik werk in de quartaire sector van de niet-commerciële dienstverlening.
Hoe kan je dienstverlening ontwerpen voor de burger, waar de burger daadwerkelijk wat aan heeft? Daar heb je nog zo’n begrip, ‘burger’. Of een van de variaties daarop, ‘klant’. Persoonlijk weet ik dan nog niet om wie het gaat. Het begrip is te abstract, we hebben concretere ideeën nodig.
Eén van de sprekers op de conferentie van Gebruiker Centraal, Ruud Veltenaar, had het over ‘de gemiddelde Nederlander’. Gemiddeld is de helft van de Nederlanders vrouw en de andere helft is man. Vrouwen hebben twee borsten, dus de gemiddelde Nederlander heeft één borst. O, en de gemiddelde Nederlander is niet één meter zeventig, maar één meter en een beetje. Kinderen tellen ook mee. Snap je wat Ruud bedoelt?
Ik kan me zo voorstellen dat er in een alternatieve versie van deze wereld, of misschien in de toekomst, geen fysieke scheiding is tussen kantoorgebouwen en maatschappij. In dat scenario kan het maar zo gebeuren dat je bezig bent met het uitvoeren van je niet-commerciële-dienstverlenende-taak, terwijl er naast je twee mensen een bakje koffie drinken. Weet je wel, burgers. Dat geeft toch wat meer context aan je werk.
Die luxe en wellicht ook bijbehorende AVG-gerelateerde ongemakken van werken middenin de maatschappij kennen we voorlopig nog niet. Zo lang we niet continu met elkaar verbonden zijn, blijft dat denken vanuit de ander toch een ding. Dat kan namelijk niet. Je kijkt altijd vanuit jezelf, je blik is altijd vervaagd. Maar wat als je juist je eigen ideeën kan gebruiken om betekenis te geven aan het begrip burger? Wat kunnen de voordelen zijn van voordelen?
Met dit onbewust in het achterhoofd, ontstond een idee voor perspectief kaarten. Een set kaarten met daarop hele specifieke ideeën over wie de ander zou kunnen zijn. Zoals een ‘bevlogen verenigingsmens’ of een ‘onbevangen doe-het-zelver’. De kaarten zijn niet bedoeld als uitspraak dat de wereld te vatten is in karikaturen, maar wel als een uitnodiging om te denken aan alle verschillende en mooie mensen. Het liefst samen.