Het Noorden Werkt Door: de inwoner centraal
Het Noorden werkt door (HNWD)/ RMT is een initiatief dat werkzoekenden uit Drenthe, Friesland en Groningen helpt bij de zoektocht naar (ander) werk en werkgevers uit dezelfde regio’s helpt bij het aantrekken of laten gaan van personeel. HNWD is in de eerste een online platform. Inwoners en professionals met vragen over het vinden van werk of werknemers kunnen hier terecht. Maar dit online platform is niet voor iedereen toegankelijk. Daarom heeft HNWD met een pilotstudie voor het Toetsingskader Inclusie getest hoe de inrichting van een fysiek informatiepunt deze mensen kan helpen.
In de bibliotheek van de gemeente Stadskanaal is dit fysieke informatiepunt ingericht. Het doel van deze pilot was om mensen die niet uit de voeten kunnen met het online platform, fysiek te helpen. De pilot van HNWD sluit aan bij het thema ‘hulpstructuren’ van het Toetsingskader. Lees over de thema’s van het toetsingskader.
Een laagdrempelige manier om in gesprek te gaan
Bettien Stiksma (coördinator HNWD) en Edith Schildknegt (teamlid HNWD vanuit het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV)) vertellen dat HNWD online goed loopt. Bettien: “Veel mensen weten ons te vinden. Maar niet onze hele doelgroep. We weten bijvoorbeeld dat er in Oost-Groningen een grote groep laaggeletterden woont, die niet zo snel online hulp vraagt.” Het idee van een vast inlooppunt in de bibliotheek was al snel geboren. “Het kan voor mensen echt een drempel zijn om een gemeentehuis binnen te lopen. En wij willen juist zo weinig mogelijk drempels”, aldus Edith. Het inlooppunt wordt bemenst door mensen van de verschillende partners in HNWD, mensen vanuit het UWV en vanuit de gemeente.
In december 2022 zijn de gesprekken over het inlooppunt gestart. In april 2023 is het inlooppunt geopend. “Inwoners komen met allerlei soorten vragen naar ons toe. Dat kunnen vragen zijn over omscholing, de ziektewet, een verandering van baan, sollicitatievragen en vragen over loopbaankeuze. Met de meeste vragen weten we wel raad. Kunnen wij mensen niet helpen, dan zorgen we dat ze naar de juiste persoon doorverwezen worden. We blijven wel betrokken bij het proces. Het belangrijkste is dat mensen hier niet van het kastje naar de muur gestuurd worden. We krijgen geregeld van mensen terug dat ze geen vertrouwen meer hebben in de overheid, maar wel in ons”, zegt Edith.
Het inlooppunt als voorbeeld voor andere professionals
Bettien merkt dat de veranderde houding van andere arbeidsmarkt- en overheidsprofessionals in de regio een belangrijke uitkomst van de pilot is. “Andere organisaties, zoals gemeenten, beginnen te zien dat dienstverlening ook anders kan. Dat het mogelijk en nuttig is om op lokaal niveau laagdrempelig en open met inwoners in gesprek te gaan. De gemeente Oldambt heeft bijvoorbeeld al aangegeven ook een inlooppunt te willen. Dat is uiteindelijk ook ons doel. Dat het inlooppunt wordt overgenomen (en gefinancierd) door gemeenten.”
Het inlooppunt loopt nog geen storm. Online is dat wel anders. Bettien en Edith geven aan dat ze nog verschillende evenementen gaan organiseren om meer naamsbekendheid voor het inlooppunt te creëren. Denk aan workshops en themabijeenkomsten. Ook denkt het team eraan om ’s avonds open te gaan, zodat mensen die een 9 tot 5-baan hebben ook bij hen terecht kunnen. Bettien: ”We weten dat er nog een hoop mensen is die baat zou hebben bij dit inlooppunt, maar ons nog niet weet te vinden.” De lage opkomst zou volgens Bettien ook te maken kunnen hebben met de cultuur. “Mensen in deze regio vragen anderen niet zo snel om hulp. Die doen het liever zelf.”
Geleerde lessen: vertrouwen in professionals en ‘gewoon doen’
Op de vraag wat Bettien en Edith zouden meegeven aan andere overheden die op deze manier aan de slag gaan met het inclusiever maken van hun dienstverlening, zegt Edith dat doorzetten belangrijk is. “Soms stellen wij vanuit het inlooppunt voor om iemand op een bepaalde manier te helpen, maar lopen we bij gemeenten of het UWV tegen allerlei regelgeving aan waardoor dit niet mogelijk is. Dan moeten wij als hulpverlener echt doorzetten om te zorgen dat de burger toch goed geholpen wordt. Het is in Nederland niet altijd mogelijk, maar iets soepeler omgaan met de regels en de mogelijkheid om maatwerk te bieden, zijn beide belangrijk. Daardoor krijgen burgers meer vertrouwen in de overheid.”
Edith benadrukt verder het vooropzetten van vertrouwen in professionals. “Als instanties zetten we te vaak de regel centraal in plaats van de professional. Als een hulpverlener een oplossing heeft bedacht om een burger te helpen, maar die oplossing past niet helemaal binnen de regelgeving, dan is het belangrijk om naar de professional te luisteren. Is er een goede reden voor de oplossing? Laten we die dan ook zo doorvoeren. Tuurlijk moet je als organisatie kritisch blijven, maar voer daar dan met elkaar een goed gesprek over, in plaats van je blind te staren op de regels.”
Beiden zeggen verder dat het een kwestie is van ‘gewoon doen’. Edith:“Eigenlijk is het heel simpel. Je maakt een afspraak om op een vast tijdstip in de bibliotheek te zitten, je laat mensen weten dat je er zit, en dan is dat het eigenlijk. Mensen denken vaak dat het lastiger is dan het in werkelijkheid is. En we doen gewoon ons eigen werk terwijl we in de bibliotheek zitten, totdat er iemand langs komt om hulp te vragen. Dus een verloren dag is het sowieso nooit.”
Bettien: “Belangrijk is dat er tijdens het proces goede afstemming is tussen de betrokken organisaties. Wij hebben elke week een overleg waarin we met elkaar toetsen wat er wel en niet goed gaat. En welke casussen wel en niet binnen onze doelstellingen passen. Dat doen we samen met het UWV, de vakbond en de gemeente. Zo kunnen we goed over verwachtingen van elkaar en cultuurverschillen binnen onze organisaties praten.”
Lastig om effect te meten
Om het effect van het inlooppunt te kunnen aantonen, doet HNWD aan storytelling. Zo vertellen mensen die geholpen zijn door het inlooppunt vrijwillig hun verhaal en hoe de gesprekken hen geholpen hebben. Bettien: “Het precieze effect blijft lastig te meten. Wij horen natuurlijk ook kritische geluiden van organisaties die zeggen dat het veel te duur is om fysieke locaties te bemensen. Daarvoor zou het heel fijn zijn om in cijfers te kunnen uitdrukken wat voor geld je ook bespaart. Bijvoorbeeld doordat je iemand aan een baan helpt die al lange tijd in de WW zit.”
De toekomst van inlooppunten
Hoe de inlooppunten er in de toekomst uitzien, hangt ook af van wat er op landelijk niveau wordt besloten. Bettien: “Vroeger bestonden er vanuit het UWV en gemeenten werkpleinen waar mensen op een laagdrempelige manier vragen konden stellen. Deze zijn op een gegeven moment opgeheven, omdat vragen centraal en landelijk moesten worden opgevangen. Je ziet nu de beweging naar de regio weer terugkomen. In een uitgestrekt landelijk gebied als de onze is het belangrijk om aanwezig te zijn in de regio waar het moet gebeuren.”